donderdag 18 december 2014

O, gaat kerst daar over

‘De Heer zij met je. Genade zij met jullie.’ Dit is de laatste zin die Paulus schrijft aan zijn helper Timotheus. Hij heeft van alles besproken en heeft de groeten gedaan. Dan, als laatste, schrijft hij deze wens voor zijn jonge medewerker. Een prachtige wens. Want als God bij je is, dan hoef je nergens meer bang voor te zijn. Dan is er altijd iemand die van je houdt. Dan ben je zelfs in je grootste eenzaamheid niet alleen. Dan leef je altijd samen. Dan wordt het leven nog mooier dan het al is. Samenleven samen met mensen waar je van houdt of leuke dingen doen, krijgt meer glans.

Het is precies waar het met Kerst over gaat. Want dat eeuwenoude feest is zo’n mooi feest omdat we vieren dat God naar deze wereld is gekomen. Hij is mens geworden en heeft ons leven geleefd. Niet voor niets gebruikt de engel precies dezelfde woorden als hij Maria komt vertellen dat Jezus geboren zal worden: De Heer is met je en je hebt genade gevonden. Dat is Kerst voor mij: ons leven doet er toe, want God heeft hetzelfde leven gedeeld. Mijn bestaan heeft zin, want ik kan het met God doen. Met Kerst begint het samenleven van God en mens. Als dat zo is, dan kom ik ook de kerstdagen wel weer door.

Dit was de laatste blog over de brieven die Paulus schreef aan zijn jonge helper Timotheus. Na de kerstvakantie weer een nieuwe serie. Een goede kerst. De Heer zij met je.

donderdag 11 december 2014

Wat was het nat, de bruggenloop en koud

Laatst was de Bruggenloop in Rotterdam. Ik had me laten verleiden door wervende teksten als: ‘Je loopt door het schemerdonker, terwijl de stad prachtig verlicht is.’ Dat leek me een ervaring en kennelijk was ik niet de enige. Want we stonden met 12.000 man aan de start. Nou ja, stonden, we bibberden aan de start. Het regende, er stond een koude wind. Vooral op de bruggen die je over moest lopen om de 15 kilometer te voltooien. Een betere tekst om te werven was geweest: ‘We zorgen dat je tot op het bot verkleumd bent als je mag beginnen. Daarna mag je tegen de koude wind in nog kouder worden op de Erasmusbrug.’
Maar als je gestart bent en toch iets warmer wordt van het lopen, wat is het dan stoer om de tocht uit te houden. Overal staan mensen langs de kant om je aan te moedigen. Overal zie je lichtjes die duidelijk maken dat je leven niet alleen maar door het donker gaat. Je krijgt steeds meer de zekerheid: ik ga deze loop afronden. Ik ga de medaille halen. Precies datzelfde schrijft Paulus over zijn geloof aan zijn jonge helper: ‘Maar ik heb de goede strijd gestreden, de (wed)loop volbracht, het geloof behouden.’ Wat is het mooi om vol te houden en zeker te blijven weten dat God van je houdt. Ook als het leven soms koud is. Wat is het mooi om aangemoedigd te worden door zoveel mensen die ook zoeken naar het licht van God in hun leven. Wat is het mooi om de finish met God te bereiken.

donderdag 4 december 2014

De nieuwste rel is...

Relletjes en hypes, daar is iedereen dol op. Dat begint al met kinderen. Nog maar een paar jaar geleden moest je een waveboard hebben om mee te tellen. Later werden het spacescooters en nu zijn het stuntstepjes (waar ik woon tenminste). Ouderen kunnen er ook wat van. Ik geloof niet dat al die gekochte broodbakmachines of rijststoomkokers ook echt gebruikt worden. Dit zijn natuurlijk onschuldige rages. Het is vooral goed voor de middenstand.

Lastiger wordt het bij kinderen als iemand uit de groep ligt. Iedereen roddelt over dezelfde persoon. Hij verliest zijn vrienden omdat alle kinderen meegaan in het geklets en daarna het gepest. En dat geldt natuurlijk ook voor collega’s of woonwijken waar volwassenen zich aan dat gedrag schuldig maken. We laten ons beïnvloeden door elkaar en niemand denkt meer nuchter na.  
Datzelfde zie je bij politici. Grote groepen mensen stemmen op dezelfde persoon, maar slechts een paar weken later wordt diezelfde politicus door media en reaguurders volledig afgebrand. Prachtig was dat te zien bij Rutte en Samson bij de laatste verkiezingen. Ze werden massaal gekozen en even grondig verfoeid om niveleringsplannen en bezuinigingsmaatregelen.
Dat iedereen zich laat opstoken is niet nieuw. Paulus had daar al mee te maken. Daarom geeft hij zijn jonge helper Timotheus de opdracht om nuchter na te blijven denken en zich niet de kop gek te laten maken. Een goede tip, ook voor ons, doorgedraaide westerlingen in de 21ste eeuw.

donderdag 27 november 2014

De mensen worden steeds liever

Vanmorgen zag ik op het journaal (sinds ik weer vaak ‘s morgens vroeg een fles aan het geven ben, heb ik ontdekt dat er al heel vroeg  een journaal is.), dat veel maatschappelijke organisaties een enorme groei doormaken. Veel mensen willen zich kennelijk inzetten om de wereld waarin ze leven beter te maken. Fantastisch en ik zag er een bevestiging in van wat ik vaak denk als ik mensen hoor mopperen dat ons land steeds verder afglijdt. Dan zie ik al die aardige mensen in mijn omgeving die elke morgen naar mij zwaaien als ik aan het werk ben. Ik bedenk dat uit allerlei cijfers blijkt dat Nederland steeds veiliger wordt (ook als mensen dat lang niet altijd zo ervaren). En in de meeste ziekenhuizen en verzorgingshuizen gaat het best goed. Misschien komt het omdat ik, zoals ze bij mij thuis zeggen, een positief geheugen heb. Ik schijn vooral de leuke kanten van het leven te zien en te onthouden. Ik vind het prettig wonen en leven in Nederland. Ik dank God dat ik hier woon.

Paulus schrijft aan zijn jonge helper Timotheüs dat de mensen steeds egoïstischer zullen worden. Zoals ik het zie is dat op dit moment niet zo aan de gang. Ik dank God dat hij met zijn Geest zo aanwezig is dat mensen het goede zoeken voor deze wereld en voor de mensen om hen heen. Veel mensen doen wat Paulus zijn collega adviseert: ze keren zich af van de mensen die alleen maar op zichzelf uit zijn.

donderdag 20 november 2014

Ik geniet me kapot

In de brieven die Paulus schrijft aan zijn jonge helper Timotheus komt een prachtige zin voor over de toekomst. Het is een beschrijving die ik zeer typerend vind voor Nederland: ‘Het genot zullen ze meer liefhebben dan God.’ Laatst zag ik een documentaire over een nieuwe attractie in de Efteling. Het moet een groots spektakel worden, want zei de ontwerper: ‘de mensen willen telkens meer genieten. En als het niet heftiger is dan vorig jaar, dan slaat de verveling toe. Dan komen de mensen niet meer naar het park.’

Verveling is de andere kant van de jacht naar genieten. En er wordt veel verveeld, omdat het gewone leven niet meer spannend is. We genieten ons kapot. Hoe komt het dat we ons kapot genieten? Omdat, zegt Paulus, genieten een soort God is geworden. Oud en jong kan je horen zeggen in Nederland dat het leven zinloos is als je niet geniet. Zo is genot het hoofddoel van het leven geworden. Dat lijkt heel leuk (genieten is fijn), maar ook een onmogelijke opdracht. ‘ Het leven is een feestje, maar je moet zelf de slingers ophangen,’ is een vreselijke zin. Het geeft je een taak die mensen onmogelijk kunnen doen. Soms is het leven gewoon voortkabbelend. Dat is prima. Vooral als je weet dat je leven toch zin heeft, omdat God er is en van je houdt.   

donderdag 13 november 2014

De rijdende rechter blijft leuk

De rijdende rechter blijft een leuk programma. Deze week over een familie met zeven honden in huis die nogal overlast veroorzaakten. Het grappigste was dat de hondenbezitters de zaak hadden aangespannen. Maar toen er iets dieper op de zaak werd ingegaan, liep ze boos weg. Ze kon wel beginnen met ruzie maken, maar ze kon het niet volhouden. Zeven honden in het huis naast je die geregeld tegelijkertijd gaan blaffen. Het lijkt me vreselijk



Maar wat zou je dan moeten doen? Je buren zijn ongetwijfeld gehecht aan die beesten. Moet je er ruzie over gaan maken? Ruzie kan best lekker zijn: het lucht op. (schijnt, ik ben niet zo heel goed in ruzie maken. Ik vermijd conflicten liever.) Maar ja, het blijven je buren. Dus wat heb je eraan als je elkaar niet meer groet of als je elkaar op allerlei manieren gaat dwars zitten?

Nee, ruzie kan je het beste vermijden. Zeker als het is met mensen die je geregeld tegen komt. Precies zoals op  een liedje van Bert en Ernie dat we met onze kinderen vaak luisterden in de auto: ‘Geen ruzie in de auto, want daar schiet je niets mee op.’ En als je ruzie hebt, dan ga je vaak dingen zeggen die je helemaal niet meent. Je fokt je eigen boosheid op. Paulus geeft daarom als belangrijke tip aan zijn jonge helper Timotheus dat hij het tegenovergestelde moet doen: Een dienaar van de Heer moet geen ruzie maken, maar voor iedereen vriendelijk zijn.

O ja, wij hebben zelf gelukkig hele aardige buren!

donderdag 6 november 2014

Leeg gepraat van mensen uit de politiek

Als ik in de auto zit dan luister ik vaak naar Radio 1. Ik vind het leuk om allerlei discussies te horen en iets te weten van wat er speelt in de wereld. Het leuke van radio 1 vind ik ook dat er niet heel lang over een onderwerp wordt doorgepraat. Ik houd van afwisseling en veel verandering. Maar soms doe ik de radio geïrriteerd uit. Dan vind ik er niets aan. Dat is als er politci aan het woord komen die een standpunt proberen te verdedigen en dat met zoveel trucjes doen dat ik niet snap waar het eigenlijk over gaat. Deze week nog. Zegt de een: 'Als u eerlijk bent, zult u het met me eens zijn dat.' Ik denk dan: wat een oneerlijke manier van praten om zo iemand als oneerlijk neer te zetten die het niet met je eens is. Zegt de ander iets later in het gesprek: 'Als we het redelijk bezien, dan zult u met me eens zijn dat.' en ik denk weer: dus die ander is niet redelijk? Wat een rare manier van praten.
Die discussiemaniertjes zijn nog tot daar aan toe. Maar helaas gaat het meestal nergens over. Het lukt mij tenminste zelden om te snappen waar de gesprekken over gaan en wat de verschillen zijn als het om concrete dingen gaat. Wat een taal zonder inhoud. Ik doe de radio maar uit en denk wat Paulus schrijft aan zijn helper Timotheus: Luister niet naar zinloos en leeg gezwets, want het voert steeds verder van God weg.
Binnenkort mag ik kiezen voor de gemeenteraad in Nissewaard (samenvoeging van Spijkenisse en Bernisse). Ik ben nieuwsgierig of de plaatselijke politici verder komen dan zinloze zinnen.

donderdag 30 oktober 2014

Graaiers aan de top

De laatste tijd komen er geregeld bedrijven in het nieuws omdat ze mensen moeten ontslaan. Verdrietig voor mensen als ze hun baan kwijt raken. Zeker als ze door hun leeftijd lastig iets anders kunnen vinden. Belachelijk vind ik het als vlak daarna blijkt dat in hetzelfde bedrijf de top een enorme bonus heeft gekregen en dat hun salaris gestegen is. Daar was kennelijk wel geld voor. Het zijn graaiers in nette pakken.
Economen steggelen al jaren over een goede verhouding tussen de beloning van de top van het bedrijf en de minst verdienende. Is het reëel als de baas tien keer zoveel verdient als de schoonmakers? Of mag dat wel twintig keer zoveel zijn? Wat doet het met de motivatie van mensen als de leiding steeds meer gaat verdienen en de salarissen in de andere regionen van een bedrijf bevriezen of zelfs dalen?
De bijbel heeft hier natuurlijk ook ideeën over. Ik zou kunnen wijzen op het dienende leiderschap dat de bijbel laat zien. Koningen en leiders mogen zich niet voor laten staan op hun rijkdom en kwaliteiten, maar moeten anderen helpen en bijstaan. Maar Paulus kan het veel korter zeggen met een zin als een gezegde: ‘De boer die het zware werk doet, heeft als eerste recht op de oogst.’ Als er dus geoogst kan worden in de vorm van bonussen, wie heeft dan het zwaarste werk gedaan?

donderdag 16 oktober 2014

Samen in een huis

Als je met meer mensen in een huis woont, dan moet je rekening met elkaar houden. Dat geldt voor de herrie die je maakt als anderen slapen (ik schijn altijd mensen wakker te maken), voor de rommel die je maakt (ik schijn wel eens een en ander niet op te ruimen) en ook voor het eten wat je klaarmaakt (sommige dingen zijn heel lekker, maar dat vindt niet iedereen).
 
Met meer mensen in een huis wonen betekent dat je altijd compromissen moet sluiten. Je bent het nooit helemaal met elkaar eens. Samen in een huis leven is natuurlijk erg gezellig, want je bent altijd samen, maar het is tegelijk een kwestie van geven en nemen.
Het is daarom mooi om te zien dat God niet bij ons komt wonen. Dat deed hij lang geleden wel bij Maria en Jozef. Toen kwam de zoon van God bij mensen wonen. Dat bleek soms lastig te zijn. Zijn ouders snapten niet altijd alles van hem. Die konden maar moeilijk rekening met hem houden.
Maar nu woont God niet meer bij ons, het is nog veel meer: God woont in ons. Paulus zegt het zo tegen zijn collega Timotheus: Bewaar door de heilige Geest, die in ons woont, het goede dat je is toevertrouwd. Dat maakt het een stuk makkelijker voor ons. Nu God in ons woont zijn we altijd samen en hoeven we niet eens te geven en te nemen. We ontvangen alleen maar.

donderdag 9 oktober 2014

Collecteren in een villawijk

Iedereen die ooit met een collectebus langs deuren ging, weet het. Hoe groter het huis, hoe minder kans dat mensen gul geven. Het irritantste vind ik vooral de blik erbij, die uitstraalt: hoe durf je me eigenlijk te storen? Alsof ze het liefste zouden zeggen: wie ben jij eigenlijk, klein rotvliegje? Van veel geld word je kennelijk arrogant.
Dat zie ik ook terug in het verkeer. Hoe groter de auto, hoe vaker geprobeerd wordt om voor te piepen als ik met mijn Renault Cliootje aan kom rijden. Kennelijk gaat het in je genen zitten dat je eigenlijk meer bent als je wat meer geld hebt. Als je alles kan kopen met geld, dan maakt dat kennelijk hoogmoedig.
Zoals altijd heeft de bijbel weer een wijze les in petto. Dit schrijft Paulus aan zijn jonge helper Timotheus: ‘ Draag de rijken van deze wereld op niet hoogmoedig te zijn en hun hoop niet in zoiets onzekers te stellen als rijkdom, maar op God, die ons rijkelijk van alles voorziet om ervan te genieten.’ Ik vind het een realistisch beeld van veel bezit hebben. Je moet er vooral van genieten. Dat doe je door niet te hopen op wat je hebt aan bezit, maar door te vertrouwen op wat je bent: Gods eigen kind. Ach, een rijke die dat beseft doet zelfs wat in een collectebus.

O ja, vergeleken met de hele wereld zijn we allemaal rijk.

donderdag 2 oktober 2014

Ruzie met een bejaarde

Ga niet tekeer tegen een oude man. Die tip staat echt in de bijbel. Ik moest even goed kijken of het er echt stond. Maar het staat in de brief die Paulus schreef aan zijn jonge medewerker Timotheus. Ik zag het voor me: van die mopperige hangouderen op bankjes. Niks klopt, alles is fout. Het chagrijn druipt ervan af. Op een gegeven moment ben je zo klaar met hun mening waar weinig hoop uit spreekt dat je ruzie met ze gaat maken. Paulus zegt: doe het niet. Doe alsof het je vader is. Daar heb je toch ook respect voor. 

Ik zag een andere scene voor me: ik loop door het centrum van Spijkenisse en moet weer eens opzij springen voor een oudere met scooter zonder snelheidsbeperking. Dan moet je echt snel kunnen wegduiken, anders gaan je schenen eraan en andere ledematen soms ook. Dan kan ik me voorstellen dat je iets wilt roepen naar die niet oplettende, onvoorzichtige oudere. Maar Paulus zegt dat het verstandig is om dat niet te doen. Geen ruzie met ouderen.

De reden die Paulus geeft vind ik mooi. Je moet alle mensen zien alsof ze familie van je zijn. Als je ziet wat je samenbindt, dan overstijgt dat het soms lastige humeur van oudere mensen. Zo ziet Paulus het vaak: Letten op wat samenbindt in plaats van wat verschil maakt. 

donderdag 25 september 2014

Als christen mag je toch niks

Een van de leukste dingen van het beroep van dominee is de verbazing op het gezicht van mensen als ze horen dat ik die baan heb. Meestal volgt er een uitroep in de categorie:  ‘ Dat had ik toch niet gedacht. Je bent best normaal.’ Ik weet natuurlijk niet of dat een compliment is. Het is in ieder geval grappig. Over het algemeen komt daarna meestal de vraag of ik heel streng ben, gevolgd door de opmerking dat je als christen toch niets mag. Dat is een hardnekkig misverstand. Het past helemaal niet bij hoe ik zelf dingen beleef. Ik ben juist bevrijd.

Paulus moest al vechten tegen deze verkeerde opvatting van geloven. Ook in zijn tijd waren er mensen die van alles en nog wat wilden verbieden. Met al die verboden werd geprobeerd om de mensen niet te laten genieten van het dagelijkse leven. Stel je voor, je zou het fijn hebben met lekker eten en relaties. Vooral zijn jonge medewerker Timotheus had er last van dat mensen hem het goede leven wilde afpakken. Daarom schrijft  Paulus: Alles wat God geschapen heeft is goed. Niets hoeft te worden verworpen als het onder dank wordt aangenomen. Dat is het geheim van het goede leven. Wie het leven krijgt als geschenk en er dankbaar voor is, die kan genieten van al het goede. Wie vrij is, kan opgaan in het leven als hij weet dat hij het als cadeautje krijgt.

donderdag 18 september 2014

De kerk is saai

 
De kerk is saai. Dat zeggen veel mensen. Het is er niet uitdagend en iemand die een verhaal staat te houden dat niet te volgen is; je valt er gewoon in slaap. En dat zingen, zo saai! Ik kan dan natuurlijk gaan vertellen dat het wel mee valt, dat de kerk leuk en fris is. Maar nog veel belangrijker is het dat het goed is dat de kerk saai is.
De kerk is een groep mensen die zo weinig mogelijk in het nieuws moet komen. Want dan gaat het altijd over een zwarte kant van de kerk. In de krant staan betekent dat het gaat over misbruik, financieel gedoe of rare standpunten. Dat hoort natuurlijk niet thuis in de kerk. De uitstraling van de kerk hoort saai te zijn. De leiders van de kerk, zoals te lezen is in 1 Timotheus 3, moeten vooral een goede reputatie hebben, mogen niet driftig zijn, moeten zelfbeheersing hebben. Anders gezegd, die moeten saai zijn.
Terwijl de kerk lekker saai is, kan ze vooral gaan doen waar ze goed in hoort te zijn: zorgen voor mensen die zoeken naar de zin van het leven, mensen helpen die bijstand nodig hebben. In die saaie kerk kan je terecht als je meer geluk en toekomst wilt vinden dan wat je zelf voor elkaar kan krijgen. De kerk is saai. Dat is maar goed ook.

donderdag 11 september 2014

Mopperen op de politiek

Mopperen op de politiek. Ik doe er graag aan mee. Elke keer moet ik weer meer betalen. Of ze bevriezen de kinderbijslag. Of de toeslagen voor kinderopvang gaan naar beneden. En dan heb ik het nog niet eens over de accijnzen op brandstof. Als ik sta te tanken, lijkt het of diezelfde slang uit mijn portemonnee direct in de schatkist van het rijk loopt. En de politie, die doet toch ook niks. Laten ze eens boeven gaan vangen in plaats van controleren of ik mijn auto wel goed heb geparkeerd. Of ze bekeuren je omdat je 5 kilometer te hard hebt gereden. O ja, ik moet natuurlijk ook werken tot mijn 70ste. Dat hebben ze ondertussen ook bedacht. En de premie voor de ziektekostenpremie blijft maar stijgen. Maar je krijgt er steeds minder voor. Mopperen op de politiek, ik doe graag mee.
Toch heeft het ook nadelen, dat gemopper. Je wordt er een verbitterd mens van. Voor je het weet kan je alleen nog maar chargrijnig lopen te doen. Niets deugt meer in deze wereld. Dat is verwend gedrag. Want er zijn weinig landen schoner en beter georganiseerd dan ons kikkerlandje. Ik woon er tenminste met plezier. Als ik bij een zebra sta, stopt 80 procent van de automobilisten. Dat vind ik een prima score. Als je alleen maar de negatieve dingen van ons land ziet, dan word je een politicus in de oppositie. Die kunnen alleen maar kritiek hebben. Zeker als ze helemaal links of rechts zitten in het politieke landschap. 

Paulus heeft een goede tip om niet te verzanden in voortdurend commentaar: bid voor alle koningen en gezagsdragers, opdat we rustig en ongestoord kunnen leven.

donderdag 4 september 2014

Weer naar school.

De scholen zijn weer begonnen. De vakanties zijn voorbij. Het is wel even slikken, vooral als precies op dat moment de zon gaat schijnen. Met frisse tegenzin moet je weer denken aan tijden en rekening houden met school, sport en ik weet niet wat. En op tijd bekers drinken klaarzetten. Alleen in de eerst nieuwsbrief van de basisschool van onze kinderen konden we al kiezen uit drie verscchillende activiteiten waarbij we konden helpen. Wat een leven vol drukte en opdrachten.
Die eerste dag, als ik de kinderen naar school heb gebracht overvalt het me. Het leven gaat maar door: vakantie, school, vakantie, school. Tussendoor even weekend. Wat maakt het leven de moeite waard? Paulus schrijft in de bijbel een brief aan zijn jonge medewerker. Die medewerker was moe van het voortdurend werken. Hij had te maken met mensen die maar door bleven gaan met praten en kletsen. Zo vermoeiend. Paulus omschrijft heel kort wat de opdracht is van Timotheus, zijn helper. ‘Het doel van je opdracht is de liefde die voortkomt ui een rein hart, een zuiver geweten en een oprecht geloof.’ En nog korter: ‘Het doel van je opdracht is de liefde.’ Bondiger opschrijven lukt niet. Nou ja, ‘alles is liefde’, is nog wat minder letters.
Daar gaat het dus om. Dat ik liefde verspreid. Dat ik iets van God laat zien aan de mensen om mij heen. Want God is liefde.   

donderdag 3 juli 2014

Verbonden door een kind

Als je trouwt dan beloof je voor altijd bij elkaar te blijven. De belofte en de liefde verbinden je voor de toekomst. Als je daarna een kind krijgt, wordt die band tussen vrouw en man nog veel sterker. Een kind is de verbinding tussen man en vrouw. Het verandert ook de relatie. Eerst ben je alleen man en vrouw, maar daarna ook moeder en vader van het kind dat je hebt gekregen.
In de bijbel hoopt Lea dat haar man Jacob zich gaat verbinden aan haar. Ze hoopt op de liefde van de man van haar leven. Maar ze krijgt die liefde niet. Kind na kind is een wanhoopspoging om haar relatie met haar man te herstellen. Elke keer ervaart ze weer de teleurstelling dat het niet lukt. Haar derde kind noemt ze Levi: ‘nu zal mijn man zich aan mij hechten’, spreekt ze uit als wens bij zijn geboorte.
De bijbel is een reeel boek. Niet altijd gaat het zoals mensen wensen. Maar wat is het een diepe gedachte. Iemand die Levi heet en geboren wordt uit een man en een vrouw, zorgt ervoor dat die twee mensen nog definitiever verbonden zijn aan elkaar. Zo wordt Levi de zichtbare verbintenis tussen een man en vrouw die van elkaar houden.


Dit was de laatste keer over de naam Levi. De komende weken zijn er geen blogs door de vakantieperiode. In september komen er weer nieuwe blogs.

woensdag 25 juni 2014

Wat doe je, Levi?

Wie geboren wordt, staat automatisch in een lange keten van mensen. Je hebt immers een moeder en een vader. En die hebben ook weer ouders en dat gaat zo maar door. Niemand wordt alleen geboren. Daarom hoort het ook dat mensen leven in verbanden en relaties. Hoe moeilijk het is om alleen te leven wordt zichtbaar in de onze tijd is waar mensen zoveel mogelijk alleen en individueel willen leven. Want als gevolg van onze manier van leven is er veel eenzaamheid.
Allereerst leven mensen natuurlijk in verbanden van familie en vrienden. Maar er kan zomaar iemand anders op je pad komen die je nodig heeft. Mensen met pijn of verdriet die je aandacht vragen en verbinding zoeken. Wat doe je dan?
In het bekende verhaal in de bijbel van een man die in elkaar wordt geslagen en langs de kant van de weg ligt, zijn het de nakomelingen van Levi die hun opdracht niet doen. Ze lopen met een boog om het slachtoffer heen. Het is de barmhartige samaritaan die het anders doet en de opdracht om goed te doen snapt.
Het is extra opvallend dat de Levieten hun werk niet doen. Zij werken in de tempel van God. Zij moeten juist voor de verbinding zorgen tussen mensen die hulp nodig hebben en mensen die bijstand kunnen verlenen. Deze Levieten snappen hun opdracht niet: zorgen voor de verbinding tussen mensen.

donderdag 19 juni 2014

Hij groeit vooral van complimenten



Elke relatie, elke vriendschap, elke band tussen mensen groeit van bewondering. Als je tegen je kind zegt: wat kan je dat goed!, dan wordt de band sterker tussen ouders en kinderen. Wie tegen zijn vriend zegt dat je hem bewondert, omdat hij zo handig is, zal merken dat de relatie sterker wordt. Als je je vrouw moeder ziet worden en je vindt dat ze het heel goed doet in haar nieuwe rol en als je dat ook nog uitspreekt, dan is dat goed voor je huwelijk. Elke band wordt steviger door uitgesproken bewonderen en door het prijzen van elkaar.

Zo is het ook in de omgang tussen God en mensen. Als mensen het moeilijk vinden om te geloven, dan komt dat vaak omdat ze vergeten om hun bewondering voor God uit te spreken. God aanbidden of loven of prijzen, of je bewondering uit spreken. Het is allemaal hetzelfde: het zorgt voor een versterking van de band tussen God en mensen. Daarom lijkt het woord ge-loven ook zo op het woord loven.
Dat is natuurlijk best ingewikkeld. Daarom krijgen de nakomelingen van Levi de speciale opdracht om God te prijzen. Levi is toch de verbinder, hij die God en mensen en mensen onderling aan elkaar verbindt. In de bijbel staat het zo: huis van Levi, prijs de Heer.

woensdag 11 juni 2014

Kraamvisite

Als je een kind gekregen hebt, dan ben je ontzettend blij. Je wilt je blijdschap delen met mensen. Daarom is kraamvisite ook zo leuk. Je kan vol plezier de nieuwe wereldbewoner showen, mensen zeggen oh en ah, of ‘ wat is hij lief.’ Niets mooier dan beschuit met muisjes eten met familie, vrienden en bekenden. En tussen het bezoek door kan je dan heerlijk dromen van de toekomst van je kind. Hoe zal hij worden? Zal hij al die leuke eigenschappen van zijn moeder hebben? Of heeft hij de mindere kantjes van zijn vader? Zal zijn leven voorspoedig verlopen of niet? Genoeg om over te denken rond zo’n wiegje met een kind dat naar melk ruikt.
Hoe zal dat geweest zijn met Mozes in de bijbel? Hij was een nakomeling van Levi, de man die voor verbinding zorgt. Maar er lijkt weinig toekomst voor hem te zijn. Want hij wordt al in zijn wiegje bedreigd door de soldaten van de Farao. Die willen hem doden, want al die jongetjes maken Farao bang. En hij is zo mooi, staat er in de bijbel. De mooie Mozes wordt verstopt. Zo heerlijk alledaags is de bijbel. Een mooi jongetje wordt verstopt. Geen kraamvisite, geen trotse ouders, maar angst. Je zou zomaar kunnen denken dat het niets zal gaan worden met deze Mozes. Maar als je doorleest, dan zie je dat dit verstopte jongetje zijn voorvader Levi alle eer aandoet. Hij zorgt voor verbinding zoals niemand het ooit deed. Van Mozes wordt gezegd dat hij een vriend van God was. Een echte Levi!

donderdag 5 juni 2014

Levi is de verbinder

Mensen zoeken naar contact met het hogere. Dat doen ze op allerlei manieren: door gebed, door meditatie, door gesprekken of zelfs door uitputting. In onze tijd zoeken veel mensen iets van het goddelijke in zichzelf. Ze zeggen dan dat je er uiteindelijk alleen voor staat, of dat iedereen iets van God in zich heeft. Of ze gedragen zich als een soort god die wel voor zichzelf kan bepalen wat goed of verkeerd is.
In de bijbel gaat het anders. Daar wordt juist gezegd dat mensen niet moeten doen alsof ze zelf god zijn. Het is veel beter als je ontdekt dat God echt bestaat, maar dat je niet samenvalt met God. Anders ben je helemaal verantwoordelijk voor je eigen geluk, een niet te dragen last.
De mensen in Israël leerden dat door elke keer naar de tempel te gaan. Daar ontmoeten ze God en het geluk dat ze van hem kregen. In die tempel werkten Levieten. Dat waren de communicatiespecialisten als het om de relatie tussen God en mensen ging. Deze bevoorrechte positie dankte de clan van de Levieten aan het gedrag van hun voorvaders. Ooit snapten de Israëlieten niet hoe ze met God moesten omgaan. Ze wilden God in zichzelf zoeken en kwamen hopeloos vast te zitten in hun beeld van God. Maar de Levieten, de nakomelingen van Levi, bleven trouw aan God. Zo lieten ze zien wat de naam Levi betekent: de verbinder. 

donderdag 29 mei 2014

007 keert terug: hemelvaartsdag


Vandaag is het Hemelvaartsdag. Dat is een christelijke feestdag volgens de kalender, maar waar gaat het eigenlijk over? Ja, het is een extra vrije dag! En omdat het altijd op donderdag is, krijg je die vrijdag er gelijk bij. Best handig een lang weekendzo tegen de zomer.
Hemelvaartsdag is de dag dat Jezus zijn geheime missie afsluit. Hij is een soort 007 die uitgezonden is naar vijandelijk gebied. Met Kerst kwam hij naar de wereld om de mensen niet alleen te laten. Zonder dat mensen het wisten, ging God aan de gang. Goede vrijdag en Pasen is de overwinning op wat het leven kapot kan maken. Maar dan is Jezus nog op het slagveld, zou je kunnen zeggen. Hij is als een soldaat die in het winnende kamp is, maar nog in een tentje slaapt. Hij is nog niet terug naar huis gegaan. Dan komt de dag dat Jezus terugkeert naar de hemel. Hij vaart op een wolk naar boven om terug te keren. Hij wordt binnengehaald als overwinnaar. Het is geheim agent Jezus gelukt om het kwaad te overwinnen. Dat is niet zonder slag of stoot gegaan. Het leek er zelfs even op dat het mislukt was. Maar op het laatste moment ging het toch goed. Daarom is het feest als 007 Jezus terugkeert.
Hemelvaart is het feest van de liefde van God. Het wezenlijke van de liefde is niet dat wij God hebben liefgehad, maar dat hij ons heeft liefgehad en zijn Zoon heeft gezonden om verzoening te brengen voor onze zonden (zegt Johannes in de bijbel). 

woensdag 21 mei 2014

heb lief en doe wat je wilt

Het leven is toch verbazingwekkend eenvoudig. Eeuwen geleden zei Augustinus het al: heb lief en doe wat je wilt. Dat is een prachtige advies waar je heel veel mee kan. Ga gewoon je gang in je leven, maar bedenk bij alles wat je doet of je het doet uit liefde voor de mensen om je heen. Het lijkt veel ruimte te geven: ik kan doen wat ik wil. De praktijk van mijn leven laat zien dat het een makkelijk advies lijkt, maar de uitvoering knap ingewikkeld is. Want dan moet ik niet kletsen over die rare vrouw. Want dat doe ik niet uit liefde, maar uit de neiging om mijzelf naar boven te halen. Zelfs als ze misschien heel raar is, geldt dat ik uit liefde beter kan zwijgen. En die man die voor me maar 50 rijdt, terwijl je wel 70 mag. Dat is irritant. Maar is het uit liefde dat ik zijn bumper van nog dichterbij ga bekijken? Die liefde valt tegen in de praktijk. Het blijkt moeilijker te zijn dan ik dacht.
Je kan een heel dik wetboek maken vol met regels en afspraken (dat doen ze ook met veel plezier in Den Haag en Brussel), maar die ene regel die je op een postzegel kan schrijven, is het alle moeilijkst. De bijbel zegt het zo: Dit is immers wat u vanaf het begin hebt horen verkondigen: dat we elkaar moeten liefhebben.  

donderdag 15 mei 2014

Licht kan zonder donker

Mensen zeggen weleens: licht kan niet zonder donker, zwart niet zonder wit. Daarmee bedoelen ze dat het goed is om tegenslagen te hebben. Hoe kan je weten wat geluk is, als je nooit ongeluk zou hebben gekend? Je weet toch pas wat een hoge berg is, als je ook door een diep dal bent gegaan. Zo lijkt het nog heel logisch, maar er klopt natuurlijk helemaal niets van. Kijk maar naar een kind. Die weet heel goed wat geluk is. Een kind lacht zich suf om alles wat er om hem heen gebeurt. Die weet precies hoe mooi het leven kan zijn, ook als hij nog niets weet van tegenslagen.

Wat kan je genieten van je eerste zoen. Ook als je nog helemaal niet weet dat je op allerlei manieren in de steek gelaten kan worden door een geliefde. Een baan is geweldig, ook als je nog helemaal niets ervaren heb van werkloosheid. Het leven is veel te mooi en te licht om het zware, donkere te moeten kennen voor je het op waarde kan schatten. Licht kan prima zonder duisternis. Ik vind het ook deprimerend dat licht niet zonder donker kan. Dan blijft altijd de schaduw van duisternis over geluk hangen. Zo is het leven niet door God gemaakt. Hij wil dat we gelukkig zijn. Hij wil dat we met hem leven. Johannes zegt het zo: God is licht, er is in hem geen spoor van duisternis.  

donderdag 8 mei 2014

Ik weet niet wat donker is


Ik weet niet wat het betekent als het donker is. Overal in huis hangen lampen. Het liefst laat ik een klein lampje branden in ruimtes. Dan kom je elke kamer in het licht binnen. Dat maakt het betreden van een kamer makkelijk. Want ik vind die nieuwere, energiezuinige lampen irritant. Die moeten eerst warm worden voor ze genoeg licht geven. Als ik in het donker auto moet rijden, dan kunnen mijn lichten gewoon aan. Is er niemand anders op straat, dan gaat lekker dat grote licht op. Dat is net een soort zoeklicht. Nederland heeft ook de hoogste dichtheid van lantaarnpalen, zag ik laatst. Op elke vijf Nederlanders is er wel zo’n lichtgevende paal neergezet. Het zou toch ergens donker zijn!
Ik weet niet wat donker is, omdat er altijd licht om me heen is. Dat is gewoon een voorrecht. Want als je in het licht leeft, dan is het leven een stuk makkelijker. Je valt niet snel, want je weet waar je voeten neergezet moeten worden. Je botst niet tegen allerlei rare dingen op, want je weet  waar alles staat. Ja, het leven is zelfs veiliger. Want velen zijn verdronken, omdat ze’s nachts het water in zijn gelopen. En criminelen krijgen in het donker veel meer kans. Op alle manieren is een leven met licht veel prettiger en veiliger. Johannes zegt het zo in de bijbel: God is licht, er is in hem geen spoor van duisternis.  Als we zeggen dat we met hem verbonden zijn terwijl we onze weg in het duister gaan, liegen we en leven we niet volgens de waarheid.

woensdag 23 april 2014

Doorfluisteren

 Weet je op een kinderverjaardag even niet wat je moet doen? Dan kan je natuurlijk altijd spelletjes doen als: doorfluisteren. Je fluistert een zin in het oor van een kind en die geeft het weer door aan een volgende en zo gaat het de hele rij af. De laatste dan hardop de zin herhalen. Die lijkt natuurlijk helemaal niet meer op de eerste zin was. Het wordt vervormd, omdat mensen het niet goed horen, iets vergeten of omdat ze zin hebben er iets anders van te maken. De veranderingen zorgen voor leuke woordspelingen of onmogelijke, onbegrijpelijke zinnen. Het spelletje is zo leuk dat het zelfs tv quizprogramma’s haalt op zaterdagavond.

Kenmerkend voor dit spelletje is dat je eerst wat gehoord moet hebben voor je het door kan geven. Hoe vervormd het ook wordt, alleen wie iets heeft ontvangen, kan het doorgeven. Dat is  waar Johannes het over heeft als hij zegt dat hij doorgeeft wat hij zelf heeft gezien en gehoord. Wat wij gezien en gehoord hebben, verkondigen we ook aan u (1 Joh 1:3). Voor deze leerling van Jezus was dat natuurlijk goed te doen. Hij was ooggetuige geweest van de wonderen en verhalen die Jezus vertelde. Hij had drie jaar privéles gehad. Hij hoorde bij de meest intieme vrienden. Als Jezus iets speciaals moest doen, dan koos hij onder andere deze Johannes uit. Johannes had genoeg om door te geven.
En wat geef jij door?

woensdag 16 april 2014

De wijsheid is weg


Wijsheid is belangrijk. Als je een lastig probleem hebt en je weet niet zo goed wat je moet kiezen, dan is het prettig als iemand in je buurt wijs is. Hij of zij kan met een paar rustige opmerkingen of juist vragen je op een goede gedachte brengen. Plotseling zie je het licht. ja, zo moet je kiezen. Het lastige is alleen: waar vind je iemand die zo wijs is?
En als je dan iemand gevonden hebt, wil je dan wel luisteren? Soms weet je precies wat het beste is, maar doe je dat toch niet. Waarom niet? Omdat wij mensen lui zijn of geen zin hebben of traag zijn om het goede te doen. Dat is het rare van mensen: zelfs als de wijsheid op straat zou liggen, hebben we niet altijd de behoefte om ons wijs te gedragen.

Jezus was de wijsheid in eigen persoon. Overal kwamen de mensen uit hun huizen om hem te zien of te spreken. De bijbel zegt over de ware wijsheid:  Roept Wijsheid niet, laat Inzicht haar stem niet horen? En zo was het bij Jezus. hij liet telkens zijn stem horen. Op elke hoek van de straat bood hij zijn inzicht aan.

Maar wat doen wij mensen met die wijsheid? Ze kunnen of willen het niet horen. Alle mensen roepen kruisig hem. En zo wordt de wijsheid weggedaan uit deze wereld. Goede vrijdag is de dag dat de wijsheid sterft. Wat zijn mensen dom.

donderdag 10 april 2014

Gevoel is raar


Gevoel is iets raars. Het slokt je helemaal op. Dan ben ik boos en op dat moment ook totaal boos. Dan kan ik me niet voorstellen dat mijn boosheid weer minder zal worden. Krijg ik bijvoorbeeld een irritant mailtje en dan wil ik het liefst direct reageren. Ik ben toch boos en dat blijf ik ook, denk ik . Dus gelijk rammen op die toetsen en een reactie sturen. Dom natuurlijk, want boosheid zakt eigenlijk altijd. En het mailtje wat uiteindelijk eruit gaat, is veel vriendelijker. Je gevoelens een beetje inhouden kan geen kwaad.

Soms voel ik ergernis. Dan heeft iemand mijn spullen op een andere plek gelegd en moet ik overal zoeken. Daar baal ik van. Het liefst uit ik die gevoelens direct. Gewoon laten zien dat ik geïrriteerd ben. Je moet toch laten zien wat je voelt. Wat je voelt is toch waar, is het motto van onze cultuur. Toch blijkt elke keer weer dat je gevoelens een beetje inhouden geen kwaad kan.
Dat geldt trouwens ook voor op het eerste gezicht hele fijne gevoelens, zoals blijdschap. Iemand die overloopt van enthousiasme is in het contact nogal vervelend. Blijdschap heeft een afstotend effect. Ik voel dat ik ook zo blij moet zijn en daar heb ik geen zin in. Dus ook die gevoelens kan je het beste reguleren en dan pas uiten. De bijbel zegt het zo  Een dwaas geeft uiting aan al zijn gevoelens, een wijze houdt ze in toom.

maandag 7 april 2014

Mensen zijn best leuke dieren

Mensen zijn best leuke dieren.  Ze doen grotendeels dezelfde dingen: zijn bezig met slapen, zoeken eten, liggen lui in de zon en zijn druk met het voortbestaan van de soort door kinderen te krijgen. Sommige mensen ontwikkelen beestachtige trekken, maar dat valt met de meeste mensen gelukkig mee. De meeste mensen zijn aardige dieren.

Toch zijn er wel verschillen tussen dieren en mensen. En dan bedoel ik niet eens dat mensen soms agressiever zijn dan dieren. Dieren doden zelden hun soortgenoten. Dit is bij mensen wel anders. In dat opzicht zijn mensen niet zulke leuke dieren. Mensen zijn soms beestachtiger dan dieren. Een ander verschil wat soms wordt genoemd is dat dieren bijna geen taal hebben. Maar dan is er altijd
wel een slimmerik die wijst op de dolfijnen, die een zeer geavanceerde manier van communicatie hebben (voor zover wij dat kunnen weten).
Maar er is een ding wat dieren niet doen en mensen wel. Dieren accepteren het leven zoals het gaat. Geboren als hond, dan weet je dat je veel slaapt, af en toe rond loopt en weer verder slaapt. Zo is het hondenleven. Voor honden geweldig, voor mensen een hondenleven. De hond legt zich er bij neer. Maar mensen vragen: ‘ Waarom ben ik er eigenlijk?’, ‘Waarom gaat mijn leven zoals het gaat?’ Mensen stellen vragen om te snappen wat ze hier op aarde doen. En wie geeft een antwoord op vragen? God. De bijbel zegt het zo: Een mens stelt zich veel vragen, de HEER geeft het antwoord.
 

donderdag 27 maart 2014

Minder of meer verschillen?

Denken in tegenstellingen zit diep in de mens. Het begint al als een kind nog niet geboren is: zou het een jongetje of een meisje zijn? En op het schoolplein gaat dat denken in verschillen verder: ‘meisjes zijn niks, meisjes zijn niks. Ze weten nog niet eens wat voetballen is.’ En op zoveel andere manieren denken mensen in hokjes: 010 versus 020. Allochtoon tegenover Autochtoon. Werkend naast werkloos. Marokkaan en Wildersfan; Gezond naast ziek. Oud tegenover jong; Rijk versus arm;  Randstad en de rest van Nederland.
Die tegenstellingen zijn op zichzelf mooi. Ze maken het leven interessant. Stel je voor dat er alleen mannen zouden zijn op de wereld? Of, erger nog?, alleen vrouwen. Of alleen jonge mensen, of juist oude. En wat zou Nederland saai zijn zonder de geblondeerde mijnheer met zijn belachelijke uitspraken. Tegenstellingen verrijken het leven. Wie minder verschillen wil, die snapt de rijkdom van het leven niet.
Als die verschillen tenminste niet worden uitvergroot. Als dat wat mensen anders maakt, er maar niet voor zorgt dat de een zich beter gaat voelen dan de ander. Als mensen door de verschillen elkaar niet meer zien staan of elkaar wegpesten, dan gaat het mis. Dan is het goed om te zien wat mensen gemeenschappelijk hebben. Aan de basis ligt dat God iedereen gemaakt heeft. Dat relativeert alle verschillen. De bijbel zegt het zo in Spreuken 22: Een arme en een rijke hebben dit gemeen: de HEER heeft hen beiden gemaakt.

donderdag 20 maart 2014

En toen werd ik oud

Onlangs werd ik 40 jaar. Mijn kinderen vonden dat een goede aanleiding om mij te typeren als een oude man. Sinds ik die heugelijke mijlpaal heb gepasseerd ben ik volgens hen echt een krakkemikkige
man die niets meer snapt van het moderne, jonge leven. Ik doe dan natuurlijk mijn best om uit te leggen dat ik echt niet oud ben, hooguit toe ben aan een stevige midlife crisis. Oud, ben ik zeker niet. Hoe komen ze daar nou bij? Ze komen toch nog steeds met hun vragen over facebook en tv-programma’s bij mij.

Toen betrapte ik mijzelf erop dat ik dezelfde redenering gebruik als mensen die in mijn ogen echt oud zijn. Dat vind ik altijd erg grappig. Als mensen bijna tachtig zijn en dan zeggen: ‘ Daar hoor ik niet bij hoor. Dat zijn van die oudjes.’  Zo sprak ik een keer iemand die vrijwilligers werk deed in een verzorgingshuis. Ze was 82 jaar, maar ging een keer per week naar de oudjes.
In al die mensen en dus ook in mij, zo constateerde ik, zit een afkeer van oud zijn. Ik wil voor altijd jong zijn (en strak) (en snel) (en wild). Altijd ook heel grappig om te zien op de voorpagina van een blad voor ouderen. Daar staat meestal iemand op die iets jonger is dan de doelgroep.
De bijbel leert ons die ijdelheid af. Die zegt gewoon dat ouderdom heel mooi. Spreuken zegt het zo:  De ouderdom is een prachtige kroon,  je vindt hem op de weg van de rechtvaardigheid.

donderdag 13 maart 2014

Ik praat teveel


Ik praat teveel. Als het moment daar is om te zwijgen, dan zeg ik meestal iets. Mijn kinderen kunnen er ook wat van. Ik ben geen liefhebber van katten. Dus ooit zei ik toen ik een dode kat zag liggen: ‘zo, dat scheelt er weer een.’ Dat was natuurlijk niet zo handig van mij. Ik praat teveel. Zoiets flap je er dan uit. Laatst waren er vrienden op bezoek die heel verdrietig vertelden dat hun poes was doorgereden. Ze waren er van slag van. Waarop een van mijn kinderen zei: ‘ Ach, dat vindt papa fijn. Dat scheelt er weer een, denkt hij bij elke dode poes.’ Dat was niet zo handig. Ze praten teveel. 


Sommige mensen kunnen precies het goede zeggen. Dan zit je in een ingewikkelde vergadering. Iemand zegt iets doms of reageert op een manier die op dat moment buiten de orde valt. Er valt een stilte. Iedereen kijkt elkaar aan: wat moeten we daarop zeggen? Dan is het fijn als iemand heel tactisch zegt: ‘dat vind ik heel goed wat je zegt. Dank je wel’, en vervolgens gewoon doorgaat met de vergadering. Een goed woord op het goede moment. Ik bewonder het als mensen dat kunnen. De bijbel heeft daar een mooi beeld voor: 
Het juiste woord op de juiste tijd is als een  gouden appel op een zilveren schaal (Spreuken 25: 11). Dat is mooi gezegd. Daar kan ik nog wat van leren.



 

 
 

woensdag 5 maart 2014

Tja, waarom zou ik een lot kopen?

Eens in de zoveel tijd word ik gebeld door een loterij. Ik moet overgehaald worden om mee te gaan doen. Eerst vertellen ze dat ik leuke prijzen kan winnen en dat het dus aantrekkelijk is om lot te kopen. Meestal heb ik wel zin in een discussie, dus ik ga er vol in. Discussiëren is leuk! Ik probeer ze uit te leggen dat het rekenkundig gezien niet zo handig is om mee te doen met een loterij. Want het prijzengeld is altijd minder dan de gezamenlijke inleg, want er moet ook verdiend worden. ‘of doe jij dit werk voor niets?’, vraag ik dan. Die vraag wordt amper beantwoord.
Vervolgens wordt er een poging gedaan om me te overtuigen met goede doelen, als het tenminste een loterij is die net doet alsof het om het steunen van goede doelen gaat in plaats van geldelijke welvaart. Dan zegt zo'n vriendelijk meisje dat ik door mee te doen heel veel goede doelen steun. Meestal antwoord ik dan weer dat er toch altijd verdiend moet worden aan de loterij, dus dat het handiger is om zelf geld te geven aan doelen die je aanspreken.
Als ook die aanval is afgeslagen komt het belangrijkste argument: stel dat je in een keer heel rijk wordt, dan hoef je niet meer te werken. De toon waarmee dit laatste gezegd wordt is zo stellig, dat ik er van in de lach schiet. Tijd om met de bijbel te antwoorden: ' In de schoot geworpen rijkdom is weer snel verdwenen, gestage groei maakt rijk, ' is mijn laatste reactie (Spreuken 13,11). Meestal zegt het meisje dan op een minder vriendelijke manier: ‘ja als je zo gaat beginnen…’ en ze legt de telefoon neer.

donderdag 27 februari 2014

Wie kent je?


Alleen je eigen hart kent je diepste verdriet, in je vreugde kan een ander niet delen. Deze wijze spreuk staat in de bijbel. Is deze spreuk waar? Ik herken het. Soms ben ik zo blij, dan snap ik niet dat anderen achterblijven. De wereld lijkt geweldig en ik kan het allemaal prima aan. Dan is het teleurstellend dat vreugde niet te delen is. Ik kan helemaal gek in mijn hoofd worden als de zon schijnt en de lente op doorbreken staat. Daarin ben ik natuurlijk niet de enige, maar soms is het verbazingwekkend hoe anderen gewoon doorleven. Echte vreugde kan je niet delen. De bijbel heeft dat goed gezien. Leuk boek trouwens, die bijbel.
Bij verdriet is dat ook te zien. Diep verdriet kan je niet in woorden zeggen. Soms zijn er geen woorden om uit te drukken wat je voelt. De taal heeft een grens bereikt. Daarom voelen mensen in rouw zich vaak extra eenzaam. Ze missen al iemand en ze kunnen ook niet de zinnen bedenken om uitdrukking te geven aan wat ze voelen. Alleen je eigen hart kent je pijn.

Het is niet anders in het leven. Van tijd tot tijd ben je eenzaam en alleen, onbegrepen door iedereen. Maar gelukkig is dat niet alles. Naast mensen is God er. Hij heeft een dieper begrip van emoties dan mensen. Hij kent vreugde en verdriet.


 

woensdag 19 februari 2014

De Rijdende Rechter wil ik niet missen

De Rijdende Rechter is een van mijn favoriete TV-programma’s. Je hoeft het maar een paar keer te zien en je weet precies hoe het gaat. Twee gezinnen wonen naast elkaar. Vaak hebben ze het jaren goed. Maar op de een of andere manier gaat het daarna verkeerd. En totaal verkeerd. Wat vaak begint met een aanleiding van niets, groeit in een paar maanden uit tot een enorme rel.

mr. Frank Visser is mijn held omdat hij altijd rustig blijft. Hij probeert te bemiddelen en te achterhalen wat de echte oorzaak van de ruzie is. De verbazing is van zijn gezicht af te lezen als hij hoort hoe er eerst harmonie was tussen de mensen die nu elkaar het licht in de ogen niet meer gunnen. En je ziet zo mooi hoe het werkt met een ruzie. Wat klein begint, gaat daarna maar door. De een zegt dat de ander begon. De ander weet wel weer iets op te diepen waardoor blijkt dat hij toch echt niet de oorzaak is. Het interessantste is het als de beide partijen in de studio of op locatie elkaar in de haren vliegen. Dan zie je de haat in de ogen. En van die haat komt ruzie.  Ik ga er nog eens goed voor zitten. Hoezo leedvermaak?
Het kan ook anders tussen buren. Je hebt wel eens last van elkaar, maar je maakt niet overal een punt van. Zelfs als er sprake is van overlast laat je het gebeuren. Je bedekt het met de mantel van de liefde. Spreuken zegt het zo:  ‘Haat brengt ruzie voort, liefde dekt alle fouten toe.’
Eerlijk gezegd zou het wel een beetje jammer zijn als dat altijd zou gebeuren, want dan zouden we de Rijdende Rechter missen.

woensdag 12 februari 2014

Ik heb het niet zo druk

Als mij wordt gevraagd of ik het druk heb, dan zeg ik meestal: Nee hoor, ik heb het niet zo druk. De meeste mensen reageren dan verbaasd? ‘ Niet druk? O.’ Dan vertel ik dat het best mee valt. Ik lig vaak op de bank met een boekje of hang wat rond. Waarom zou ik het druk hebben? Soms kijken mensen vervolgens alsof ik een loser ben: je moet het druk hebben, anders tel je niet mee. Je moet tijd tekort hebben, anders sta je kennelijk aan de rand van het leven.

Volgens mij is hard werken de manier waarop mensen tegenwoordig laten zien dat ze mee tellen. Wie niet bezig is, is niet belangrijk. ‘Ik werk hard, dus ik besta’, is de slogan voor onze tijd. Eigenlijk best zielig voor al die mensen. Ze zwoegen en ze zweten. Ze hebben het gevoel dat ze moeten, maar ze doen het vooral zichzelf aan. En ook pensionada’s lijden eraan. Zelden iemand die met pensioen is horen zeggen dat hij of zij heerlijk rustig aan deed en eigenlijk niets te doen had. En jonge kinderen moeten ook veel doen, anders ontwikkelen ze zich niet goed. Toch?
Waarom zou je het eigenlijk doen, dat harde werken? Het voegt niets toe. De bijbel zegt het zo: Alleen de zegen van de HEER maakt rijk, zwoegen voegt daar niets aan toe (Spreuken 10,22). Ik heb het niet zo druk. Waarom zou ik?

donderdag 6 februari 2014

Ik doe het ook, helaas

Ik dacht altijd dat vrouwen het meer deden dan mannen, maar dat blijkt niet zo te zijn. Ik las tenminste een onderzoek waaruit zou blijken dat ook mannen er een handje van hebben. Nou weet je het natuurlijk nooit met zogenaamd wetenschappelijk onderzoek. Dat kan nogal gemanipuleerd zijn. Je krijgt er toch uit wat je wilt horen. Maar goed, ik doe het dus ook. Dat is wel zeker. Want misschien doe ik het wel minder dan vrouwen omdat ik een man ben, maar ik doe het wel. Het geeft een goed gevoel. Je maakt jezelf  beter. Ik word er trots van. Dan denk ik: Ik doe het tenminste anders. Het geeft ook verbondenheid met de mensen. Je voelt je op dat moment samen.

Laatst nog. Ik had zo iets raars gehoord. Dat moest ik vertellen aan iemand. Het was eigenlijk geheim, maar ja. Ik kon het niet voor me houden. Dus ik vertelde het door. Het was zo’n mooi verhaal. Zo ging het rond. Iedereen schudde het hoofd. Ik voelde me goed, nee beter! Tot ik in de bijbel las:  Bij een roddelaar is een geheim niet veilig, wie betrouwbaar is, hult zich in zwijgen (Spreuken 11:13). Dat was schrikken. Ik maak mezelf niet beter, maar onbetrouwbaar. Nee, het maakte me ook niet zo trots. Help, ik roddel. Misschien klopt dat onderzoek wel.

donderdag 30 januari 2014

Ik kocht een nieuwe auto. Nou ja. Ik?


Ik ben te goed van vertrouwen. Alles wat je zegt, geloof ik. Onderhandelen kan ik daarom ook niet. Laatst kocht ik een andere auto. Nou ja, ik kocht hem niet eigenlijk niet zelf. Ik zat erbij en mijn vrouw kletste de verkoper onder de tafel. Het mooiste moment was toen de verkoper zei: ‘ ach, wat scheelt het? Die paar tientjes.’ Ik dacht: hij heeft gelijk. We kopen dat ding en het is prima. Maar zij ging er gelijk overheen: ‘ Precies, wat scheelt het nou, die paar tientjes? Doe niet zo moeilijk en zak nog wat.’ Na afloop legde ze me uit hoe het zit: ‘Je moet niet alles geloven wat zo’n man zegt. Die klets maar wat.'  Die avond zijn we uit eten gegaan van het door haar eraf gekletste geld. Het scheelde bij elkaar aanzienlijk in de koopsom.
Het gebeurt natuurlijk vaker dat er dingen worden gezegd die niet waar zijn. Maar altijd trap ik erin. Kijk me aan met je blauwe ogen en ik geloof wat je zegt. De bijbel is veel realistischer dan ik ben. Die houdt rekening met de mogelijkheid dat mensen de boel belazeren waar je bij staat. Veelvuldig wordt er gelogen in de bijbel. De zonen van Jacob bedriegen hun vader als ze zeggen dat ze denken dat hun broer Jozef door een wild dier opgegeten is. Terwijl ze heel goed weten wat er met hem gebeurd is. Ze hebben hem zelf verkocht. De bijbel is rauwer dan ik. Ik leer hoe mensen zijn. Het bijbelboek Spreuken zegt het zo: Een kwaadaardig mens, een onbetrouwbaar iemand, strooit voortdurend leugens rond. Dat ga ik de volgende keer lezen voor ik een auto ga kopen.

woensdag 22 januari 2014

Toetjes zijn lekker, leerde ik van mijn vader

Ik houd erg van uitgebreide toetjes. Allerlei lekkere dingen bij elkaar en genieten maar. Dat heb ik niet van mijzelf. Mijn vader deed dat ook altijd. Als hij na het eten een toetje ging eten, dan kwamen er allerlei ingredienten op tafel die hij dan mixte tot een totaal. Ik vind het leuk om te zien dat ik dat van hem heb overgenomen. Nog leuker vind ik het om te zien dat mijn eigen zonen het ook overnemen. Op zondag vragen ze vaak: we eten toch wel een uitgebreid toetje? Er zijn meer dingen die ik van hem heb geleerd. Zo kijk ik op elke verjaardag van een van mijn kinderen het fotoboek van dat kind. Dat deed mijn vader ook. Mooi om te zien hoeveel ik heb overgenomen van mijn vader.
Dit zijn nog maar kleine voorbeelden van wat ik van mijn vader heb overgenomen. Er is nog veel meer te noemen. Zo zei mijn vader vaak dat het hem niets uitmaakte wat we later gingen doen, want hij bleef toch wel van ons houden. Zo leerde ik hoe belangrijk het is dat er onvoorwaardelijk van je gehouden wordt. Er zijn er meer lessen van mijn vader. Het bijbelboek Spreuken heeft het daar ook over:  ‘Zonen, luister naar de lessen van je vader, wees vol aandacht en kom tot begrip.’ (spreuken 4,1). De belangrijkste les van mijn vader was om te geloven in God. Dat heb ik goed begrepen. Ik hoop en bid dat mijn  kinderen het ook gaan snappen.

woensdag 15 januari 2014

Leren lezen is een fantastische ervaring


Leren lezen is een fantastische ervaring. Het zijn allemaal kriebeltjes op een bladzijde. Je snapt er niets van. Dan herken je een paar letters. Vaak de letters van je eigen naam. Die ga je overschrijven. Vaak eerst in spiegelbeeld. (wat vooral met de letters p, d en b ingewikkeld is). En dan plotseling kan je lezen. Je leest een woordje en je snapt wat je leest. Je leest een paar woorden achter elkaar en de woorden worden plotseling zinnen. Het eerste boek dat je doorleest is een geweldige ervaring. Je wordt in een andere wereld getrokken. Je reist door de wereld en je verplaatst je toch niet. Leren lezen is een fantastische ervaring.

Iets leren begint vaak met de ervaring dat je het niet snapt. Je wilt iets weten, maar je overziet het niet of je kan het niet. Vervolgens leer je langzaam hoe het zit. Maar je moet er wel naar zoeken. Als je nooit die eerste letter was gaan leren, had je nooit kunnen lezen. Je moet op zoek gaan naar de wijsheid die je nog niet bezit. Dat is het begin van leren: Op zoek gaan naar wat je nog niet weet. De bijbel is een boek die dat prachtig in een zin samenvat in het boek
Spreuken: Het begin van wijsheid is dat je wijsheid zoekt (Spreuken 4,7). Leren wordt zo een fantastische ervaring.

Wil je meer weten over dat wijze boek, de bijbel? Doe dan een cursus. Je zult wijzer worden. Het is een fantastische ervaring. Meer weten? http://www.debrugspijkenisse.nl/main25/index.php/training-a-toerusting/alpha-cursus


donderdag 9 januari 2014

Leve de basisschool

Ik heb respect voor meesters en juffen op een basisschool. Die moeten geduldig zijn. Niet alleen omdat de kinderen voortdurend alle regels overtreden. Dat valt best wel mee. Maar om elke keer weer iets uit te leggen. Dan denk je als juf of meester toch ook wel eens van binnen: ‘dat heb ik nou al zovaak uitgelegd. Dat moet je nu toch wel weten.’  Ik zou het niet kunnen. Elke keer het geduld opbrengen om op een iets andere manier het nog een keer voor te doen. Ik vind het al lastig genoeg om mijn kinderen soms iets voor de tweede keer uit te leggen.

Maar als ik dan iets uitleg aan mijn kinderen, dan zie ik iets wat op de basisschool vaak moet gebeuren. Dat je ziet dat een kind het snapt. Ik werkte een paar jaar op een middelbare school en daar zag je dat soms ook. Maar de tieners die daar rondlopen weten dat vaak beter te verbergen. Het is niet stoer om iets te snappen. Het mooiste is het te zien aan de ogen. Die lichten op. Plotseling lijkt de wereld weer iets overzichtelijker. Dat moet toch elke keer een prachtige ervaring zijn op de basisschool. ‘ Gelukkig is een mens die wijsheid heeft gevonden, een mens die inzicht wint.’ Zo zegt de bijbel het in Spreuken 3:13