woensdag 16 december 2015

Kerst is Gods wasmachine



Bij ons thuis wordt soms gemopperd: ‘ik kan er niet tegenop wassen.’ Vooral de zaterdag is berucht. Als de wasmand ’s morgens bijna helemaal leeg is, dan is hij aan het einde van de dag overvol. Dat komt allereerst door het sporten, maar ook omdat er op zaterdag wel eens een kamer wordt opgeruimd waarbij uit allerlei hoeken en gaten vieze kledingstukken tevoorschijn komen. Vaak zouden die op maandag al weer schoon moeten zijn.
De wasmachine is ondertussen aan vervanging toe. Geregeld hoor ik de klacht dat het niet meer echt schoon wordt of dat hij niet genoeg centrifugeert.  Het is een enorme klus om voor zeven mensen de was bij te houden. Het is niet alleen het wassen dat tijd kost. Ook het ophangen, vouwen en in de kast leggen kost heel wat tijd. Hoe zouden ze dat vroeger gedaan hebben?, vraag ik me weleens af. Toen er nog met de hand gewassen moest worden.
Misschien denkt God ook weleens: ‘ik kan er niet tegenop wassen.’ Want wij mensen zijn berucht. We komen zomaar problemen tegen die we ver weg hadden gestopt. En hoe moet je dan verder, als God er niet zou zijn? En dan heb ik het nog niet eens over oorlogen. Wie ruimt de rommel van de mensen op? Wie wast er schoon?
Kerst is dat Gods wasmachine nooit aan vervanging toe is. Want Jezus is de vrede van God. Hoe groot je onvrede ook is, er gebeurt iets mee als God ermee aan het werk gaat. Er wordt gewassen en het blijft schoon. Kerst is Gods wasmachine.

woensdag 9 december 2015

Het is niet zo leuk, maar ik deed het wel



Deze week deed ik wat ik zelden doe. Het is zeker niet mijn hobby. Soms moet het op zondagmorgen nog even. Maar nu deed ik het zelfs midden in de week en niet eens voor mijzelf, zoals als ik het nog even snel doe voor ik naar de kerk ga. Het was een heel kleintje, voor onze Levi van anderhalf. Een overhemd strijken, bedoel ik. Alle vouwen en kreukels er netjes uit. Die geur is trouwens wel lekker: van een net gestreken overhemd. En het voelt zo lekker glad. Maar verder vind ik er niets aan. Ik was blij toen ik ontdekte dat er in mijn eigen overhemd nog een vlek zat. Dan kon ik die mooi overslaan, want hij moest toch nog een keer gewassen worden.
Het schijnt wel belangrijk te zijn dat een overhemd er zonder kreukels en vouwen uitziet. Dat is netjes. Daarom komt het hete ijzer op alle stukjes stof, zodat er een mooi resultaat ontstaat.Maar verder hoef ik niet zo nodig te strijken.
Strijken is ook wat Jezus op aarde komt doen. Alles wat in de kreukels ligt, raakt hij aan. Daardoor verdwijnt wat mis ging in je leven. En als je teleurgesteld bent, dan ben je eigenlijk gevouwen. Maar als je het licht van Jezus ziet, dan raak je je verbittering kwijt. Strijk maar door, Jezus.

woensdag 2 december 2015

Dochterlief deed een project

Dochterlief moest een project doen. Tuinkers zaaien en op diverse plekken neerzetten. Trek ik de koelkast open, dan zie ik daar een prutje in een bakje liggen met daarop wat zaad. Ook in mijn werkkamer zijn twee potjes verschenen met duidelijk wisselend resultaat. Ik weet niet wat precies de bedoeling is. Ze is op een leeftijd dat ze haar eigen plan trekt. De enige opdracht die wij kregen was om een foto te maken toen ze een weekend weg was. Maar ongetwijfeld gaat het over de verschillende omstandigheden waarin zaad juist wel of niet ontkiemt. Zaad blijkt vast warmte, vocht en licht nodig te hebben. Ik kan de uitkomst van het proefje zo wel bedenken, maar het is goed als ze het zelf uitvogelt.
Deze tijd van advent is een mooie tijd om te bedenken dat wij mensen het zaad in de wereld van God zijn. We hebben licht nodig. Dat voel ik heel goed als het vroeg donker is. Zou er licht zijn dat niet ten onder gaat in het donker? Ik heb warmte nodig. Want zonder gekoesterd en geliefd te worden groeit geen mens op. Wat kunnen mensen hard zijn voor elkaar. Waar is warmte te vinden? Zonder water is er geen leven mogelijk. Maar waar is schoon water voor alle mensen te vinden?
Wij zijn het zaad in Gods wereld.

donderdag 26 november 2015

Dat grijze rotweer

Ik heb echt een hekel aan dat grijze weer. De hele dag geen zon te zien. Ik denk dan altijd dat het nooit meer licht zal worden. Vooral als de hele dag de wolken laag hangen. Alsof het donker uiteindelijk toch het sterkst is. Als het een paar dagen dit soort weer is, dan word ik steeds minder vrolijk. Rotweer.

Toen ik nog op een middelbare school werkte vond ik het helemaal deprimerend. Dan ging je 's morgens in het donker van huis. Als je 's avonds thuis kwam dan was het al weer donker. En de hele dag was ik binnen in een donker gebouw dat verlicht werd met die vreselijke tl-balken. 

Ik weet natuurlijk dat het al eind november is en dat het nog maar een maandje duurt of de dagen worden weer langer. Maar toch, van mij mag het nu al weer mei zijn. Die grijze dagen vind ik niets. En als die dagen dan ook nog gepaard gaan met aanslagen en angst, dan blijf ik het liefst de hele dag in bed.


Precies in deze donkerheid komt Jezus. Zijn licht schijnt in de duisternis. Vanaf komende zondag verwachten we zijn komst met kerst. Maar het donker is nog zo duister. 

donderdag 19 november 2015

Mijn kale kastanjeboom

Jaren geleden stopte ik een kastanje in de grond. Elk jaar geniet ik van de cyclus van uitkomende blaadjes en bijbehorende  groei van de boom. Vervolgens staat hij een hele zomer vol in het blad. Dan komt de herfst. Afgelopen week zijn de laatste blaadjes eraf gevallen. Nu rest er niets anders dan een stam die uit de grond komt. Het is trouwens bijzonder dat de boom er nog is. Hij heeft ooit een hele zomer voor de deur gestaan en vergat hem water te geven. Wat er toen nog was aan boom verdroogde in de zon. Toen ik het in de gaten kreeg was het te laat en leek er niets van over. Ik zaagde de boom om. Maar tot mijn verbazing liep hij opnieuw uit.
De bijbel vertelt dat wij mensen te vergelijken zijn met een boom. Zoals een boom pas echt kan groeien als hij genoeg water krijgt, zo heeft een mens Gods aanwezigheid nodig. Dat is een mooi beeld: we hebben God nodig. Niet om ons klein te houden, maar om te groeien.
En de kracht van God is nog groter. Zelfs als er voor het oog niets meer is te zien, kan God toch weer nieuwe kansen geven. Ik ben benieuwd hoe hard mijn kastanjeboom volgend jaar groeit.

donderdag 12 november 2015

Het jongetje van het boek

Hij is 17 maanden oud en is onze zoon. Als je hem op de grond zet om te spelen, dan vindt hij daar niks aan. Hij wil bij je staan en tegen je benen aan hangen. Behalve als je hem boeken geeft. Het mogen trouwens ook tijdschriften zijn. En dan maakt het niet uit of het De Kampioen is of het reclamekrantje van de Albert Heijn. Hij gaat lezen. Heel serieus is zijn blik. Van tijd tot tijd slaat hij een bladzijde om. Helaas voor hem kan je zien dat hij nog niet echt leest, omdat hij vaak de boeken op zijn kop houdt. Vooral de kookboeken zijn erg in trek. Die liggen ook voor zijn handjes op grijphoogte. Misschien wordt hij wel een superkok, het jongetje van het boek. Of hij leest later misschien wel heel graag in het levensboek.

Het levensboek is de Bijbel. Daarin staan de prachtigste levenslessen. Bijvoorbeeld dat je niet alleen kan leven van brood alleen. Het reclamekrantje van Albert Heijn lezen of kookboeken is niet voldoende. De mens leeft vooral van de liefde van God. En ik kan lezen dat het goed is om mijn tijd niet alleen voor mijzelf te besteden. De mens moet leven in liefde voor anderen. De Kampioen met al zijn tips voor uitjes is niet voldoende. Het is tijd voor het jongetje van het boek voor een van die mooie kinderbijbels.

woensdag 4 november 2015

Wat een prachtige herfst

Wat een prachtige herfst is het dit jaar. Al een paar weken vroeg ik me af hoe dat toch kwam en plotseling zei iemand het: ‘Het heeft al weken niet hard gewaaid. Daardoor blijven de blaadjes veel langer hangen aan de boom en kunnen we genieten van al die prachtige kleuren.’ En toen merkte ik het ook. Al langere tijd is er af en toe een zacht briesje, maar het stelt niet zo veel voor. Zonder wind hebben de bomen veel meer tijd nodig om van hun rotzooi af te komen. Want voor de boom is het natuurlijk afval: bladeren die niet meer nodig zijn om te leven. Loof dat maar beter snel af kan vallen, zodat de boom zich weer klaar kan maken voor een nieuwe tijd van leven. De boom heeft de wind nodig om de rommel op te ruimen. Als het straks gaat waaien, dan zijn de bomen in een keer schoon. Misschien wel een beetje lastig voor de NS.

In de bijbel wordt de Geest van God vergeleken met de  wind. En die Geest doet precies wat de wind met de blaadjes doet. God blaast met zijn Geest de rommel uit je leven. Wat je lastig vindt, wat als overbodig je leven zwaar maakt, dat wordt schoon door God. Laat maar waaien die Geest, dan word je schoon en ben je klaar voor nieuw leven. Het moet wel gaan waaien deze herfst.

woensdag 28 oktober 2015

Ook mijn kinderen doen mee



Voor mijn raam loopt een groep kinderen. Mijn eigen zonen zijn er ook bij. Lopen is niet het goede woord. Ze sluipen, verstoppen en rennen naar elkaar toe. Dan richten ze hun NERF geweren op elkaar en drukken af. De kogels vliegen je om de oren. Dat is niet heel erg, want ze doen geen pijn. Ze zijn van zacht plastic. Bijna alle kinderen hebben een rugzakje omgedaan. Daarin zitten de reservekogels en soms nog een extra geweer. Je moet natuurlijk wel genoeg bij je hebben om tekeer te kunnen gaan. Meestal zijn ze er een hele middag zoet mee. Telkens komen er weer kinderen bij die hun geweer thuis hebben opgehaald.  Het ziet er stoer uit. De strijd golft op en neer. Het meeste wat ik hoor is de uitroep: ‘Jij bent dood.’ Meestal wordt dat ontkent door de tegenpartij, wat me een reden lijkt dat het ook niet waar is.
Het is leuk om te zien en tegelijk vind ik het ook opvallend hoe vechten en elkaar doodschieten kennelijk in elk kind (jongen) zit. Het gaat er allesbehalve vredelievend aan toe. Het grootste geluk lijkt erin te liggen zoveel mogelijk tegenstanders uit te schakelen. Ik moet denken aan een bijbeltekst dat geen mens ooit meer zal weten wat oorlog is. Die tijd ligt nog ver voor ons.

donderdag 22 oktober 2015

Je zou maar een kind krijgen

Een joods verhaal gaat als volgt. God had een grote spiegel. Door de weerkaatsing werd het beeld van God over de aarde verspreid. Maar de spiegel ging kapot. Nu waren er vele duizenden stukjes. Elk stukje weerkaatste de Eeuwige nog steeds, maar slechts een klein stukje. Elk mens is een afgebroken onderdeel van die oorspronkelijke spiegel. Nog steeds wordt God afgebeeld door de mensen. Maar mensen kunnen dat niet alleen. Ze hebben anderen nodig.
Als er een baby wordt geboren, dan krijg je het beeld van God in huis. Hoog bezoek dus. Dat blijkt ook wel. Want alles draait om de pasgeboren baby. Hij hoeft maar een kikje te geven of hij wordt opgepakt, krijgt voortdurend kusjes en als het tijd is om te drinken krijgt hij zijn speciale drank die precies op de goede temperatuur is gebracht. Een prinselijke behandeling voor een bijzonder iemand. Als je, desnoods ’s nachts, je baby in je armen houdt, dan kijk je naar iets van God. Dat kwetsbare huidje, die mooie kraaloogjes, die kleine handjes: ze laten zien hoe God is.
En het laat zien hoe belangrijk mensen zijn. Ze zijn kennelijk in staat om iets van God te weerspiegelen. Dat is hun opdracht in het leven. Niet dat ze dat alleen kunnen. Ze hebben er andere mensen voor nodig.

donderdag 15 oktober 2015

Feesten met Ezra



In de bijbel komt een Ezra voor. Hij leert de mensen hoe belangrijk feesten is. Mensen moeten niet blijven treuren, maar ze mogen los gaan. Daarom geeft deze belangrijke man in de bijbel opdracht om het loofhuttenfeest te vieren. Een echt feest. Alle mensen bouwen een hutje waar ze acht dagen en nachten in slapen. Dat tijdelijke onderkomen moet zo zijn gebouwd dat je door het dak heen naar boven kan kijken. Je moet de sterren kunnen zien. Zo besef je weer hoe afhankelijk van God je bent. God bewaart je op de reis van je leven.  Ze zullen wel weinig geslapen hebben zo’n week. Je ligt anders, je ziet de sterren en je hebt veel gezelligheid om je heen. Een echte feestweek.

Bij ons thuis is een Ezra geboren. We vieren al een paar weken feest. We gaan helemaal los omdat het zo’n lief, mooi mannetje is.  Het lijkt op het loofhuttenfeest. We zijn ons extra bewust dat het een wonder van God is als een kind gezond geboren wordt. Het is een zegen van God. Hij moet ons en ons kind beschermen tijdens zijn leven. O ja, ook in een ander opzicht lijkt deze tijd op het loofhuttenfeest. We slapen wat minder. Je ligt anders en vaak zien we de sterren in de nacht, terwijl Ezra feest viert en een flesje drinkt. Het zijn echte feestweken.

woensdag 7 oktober 2015

Ezra snapt het



Veel mensen mopperen als ze een bekeuring krijgen. Vooral als ze maar een paar kilometer te hard hebben gereden en daarvoor weer een paar tientjes mogen aftikken bij het CJIB. Door dat geklaag lijkt het alsof ze helemaal niet blij zijn met de wetten van Nederland. Terwijl bijna alle wetten best handig zijn om het samenleven van zoveel mensen op een klein stukje aarde een beetje te organiseren. Dat veel mensen niet blij zijn met de overheid in Nederland kan je nog beter lezen bij de reaguurders die internet vullen met gevoelens van vervreemding in hun eigen land. Lang niet iedereen is blij met de wet en overheid in Nederland. Die wet zorgt voor chagrijn.
Dat was in de tijd van de bijbel ook al zo. Want of het de wet van God was of de wetten van de overheid. De mensen in Israel hielden zich liever ook niet aan de regels die God had bedacht. Soms was er een uitzondering. Ezra is zo’n uitzondering. Er wordt telkens gezegd dat hij een kenner van de wet was. Aan hem wordt gevraagd om de wet eens goed uit te leggen. En wat zegt hij dan vooral? Als je de wet van God kent, dan snap je dat je feest moet vieren. Want de schepper heeft bewust bedacht dat je van tijd tot tijd moet genieten en vieren dat je God kent. De wet van God zorgt voor plezier. Ezra snapt dat.