donderdag 29 juni 2017

Jij hebt (g)een olifantenhuid

‘Zo, jij hebt ook een olifantenhuid! wordt soms gezegd.’ Dat is niet zo’n aardige uitdrukking, want er wordt mee bedoeld dat je ongevoelig bent. Wat er ook gebeurt of wat er ook gezegd wordt, het raakt je niet. Je hebt immers een olifantenhuid en die is dik.
Toen ik onlangs weer eens bij de olifanten stond in diergaarde Blijdorp stond daar een bordje bij deze dieren met slurf dat me mateloos intrigeerde. Daar stond namelijk dat olifanten erg veel last hebben van vliegjes en andere kleinere diertjes die in de plooien van hun huid gaan zitten. Ze doen er alles aan om verlost te worden van die diertjes. In de tekst stond ook dat de huid van olifanten nogal gevoelig is en dat ze daarom proberen van die beestjes af te komen. Dat doen ze meestal door in de modder te gaan liggen en als de modder opdroogt en eraf valt, dan gaan de beestjes ook weg.

Als je een olifantenhuid hebt, dan ben je gevoelig voor je omgeving. Je voelt juist heel goed wat er om je heen gebeurt. De bijbel probeert ons te leren om een olifantenhuid te hebben. Dat betekent dat we attent moeten zijn naar de mensen om ons heen. We moeten dezelfde huid als de slurvenbezitters krijgen. 

donderdag 22 juni 2017

Waren de mensen maar als de olifanten

Gisteren was ik in de diergaarde Blijdorp. Elke keer is er wel een dier dat je goed kan zien. Deze keer waren dat de olifanten. Ze stonden de hele tijd vlak bij ons en liepen heen en weer. In de kudde zitten ook wat kleintjes. Wat doen ze lief tegen die jonge kalfjes. Gewillig stapten de groten opzij, zodat de kleintjes er door konden. Wat doen ze voorzichtig. We hebben een uitdrukking in het Nederlands ‘als een olifant door de porseleinkast.’ Dat suggereert dat het lompe beesten zijn. Maar ik zou wel zo voorzichtig als een olifant willen zijn.
En in de vrije natuur vormen de oudere olifanten in het geval van gevaar een muur van lichamen, zodat de jonge beestjes veilig zijn. Wat een saamhorigheid om als kudde gezamenlijk het zwakke te beschermen. Iets daarvan zag ik ook in de dierentuin toen de grootste olifant haar slurf gebruikte om een grote tak weg te zwaaien, zodat het kleintje er weer door kon. En ondertussen hield de grote de kleine voortdurend in de gaten met die relatief kleine oogjes.

Die olifanten zijn een voorbeeld van hoe mensen volgens de bijbel samen moeten leven. De sterken moet opkomen voor de zwakken. Ze moeten hun kracht niet gebruiken om nog sterker te worden, maar om de zwakke te beschermen. Waren de mensen maar als de olifanten. 

donderdag 15 juni 2017

Leve mijn telefoon

De grootste uitvinding van de afgelopen jaren is de mobiele telefoon. Prachtige uitvinding. Daardoor kan je voortdurend in contact staan met anderen. Onze kinderen (en wij) zitten geregeld aan tafel waarbij we langs de tafel naar onze schoot kijken om nog even dit of dat te regelen. Het schijnt dat we wel de afspraak hebben dat aan tafel er geen mobieltjes worden gebruikt, maar in de praktijk houden we ons daar lang niet altijd aan. Daar vinden we die apparaatjes veel te handig voor. En dan heb ik het nog niets eens over al die apps die zoveel dingen in het leven veel makkelijker maken en ons helpen om in verbinding te staan. Verbinding is waar wij voor leven. Daarom pak ik graag mijn mobieltje.

De Geest van God is aan ons gegeven om in verbinding te blijven staan. Die Geest zorgt ervoor dat we elkaar steeds meer snappen. Zoals de bijbel beschrijft dat bij de torenbouw van Babel er een Babylonische spraakverwarring ontstaat, zo ervaar ik het ook vaak. Met alle goede bedoelingen lukt het soms maar niet om echt duidelijk te maken wat ik bedoel en dan heb ik het nog niet eens over minder goede bedoelingen. De Geest helpt in die verbinding. Hij is een mobiele telefoon. 

donderdag 8 juni 2017

Geest van respect

Als we iets in Nederland nodig hebben, dan is het respect. En dan niet als snelgezegd woord als iemand iets moeilijks gedaan heeft. Dat is makkelijk gezegd, maar dat kost niet zoveel. Respect is vooral nodig als mensen heel verschillend zijn. Zelfs zo anders dat ik het in eerste instantie maar raar vind hoe anderen denken of handelen. Afgelopen weken was ik een aantal keren op het strand. Dan zie je goed hoe andere mensen met hun kinderen omgaan. Je zit zo dicht bij elkaar, je ontkomt er niet aan om het te zien en er iets van te vinden. Mij valt vooral op hoe ‘anders’ andere mensen opvoeden. En voor mij is het de vraag of ik daar respect voor kan opbrengen.

De Geest van God is voor mij ook de Geest van respect. Alle mensen zijn door God gemaakt en met Pinksteren zoekt de Geest de mensen op om in hen te komen. Als ik de Geest van God in mij heb, dan ga ik zien hoe verschillend mensen zijn, maar dat juist die verschillen de veelkleurigheid van de wereld weerspiegelt. Op de een of andere manier gaat dat niet vanzelf. Ik heb het nodig dat God met zijn Geest mij dat influistert. Zeker als ik op het strand zit en zie hoe anders mensen met hun kinderen omgaan.